Download dit artikel als PDF 07 september 2015

Intrekking kort geding; blijft de gedaagde met zijn kosten zitten?

Het komt in de praktijk zeer regelmatig voor dat een partij die een kort geding aanspant, de zaak kort vóór de zitting weer intrekt. Hoe zit het dan met de kosten die de gedaagde partij heeft gemaakt in verband met de voorbereiding van dat kort geding? Kunnen deze voor rekening van de eisende partij worden gebracht?

Zeker in geschillen waarin het gaat om de handhaving van intellectuele eigendomsrechten, zoals merkrechten en auteursrechten (IE-zaken), kan een kostenveroordeling behoorlijk in de papieren lopen. In die zaken wordt namelijk veelal - in afwijking van de gebruikelijke regels – uitgegaan van de werkelijk gemaakte proceskosten. De rechtbank Den Haag heeft onlangs de Hoge Raad ingeschakeld om op deze vraag antwoord te geven.

Onduidelijkheid
De betreffende IE-zaak gaat over een vermeende merkinbreuk. Na intrekking van het kort geding maakt de gedaagde partij aanspraak op een proceskostenvergoeding van bijna € 33.000,--. Let wel: er heeft uiteindelijk geen zitting plaatsgevonden. De eisende partij meent dat zij niet gehouden is deze kosten te vergoeden. Zij wijst daartoe op een bepaling uit het landelijk Procesreglement. Dit betreft geen wettelijke regeling maar een door de rechtbanken in onderling overleg vastgesteld en in de Staatscourant gepubliceerd reglement. Tot voor kort was het bij rechtbanken gebruikelijk om bij een verzoek om een proceskostenveroordeling na intrekking van een kort geding dit Procesreglement te volgen. Dat leidde standaard tot een afwijzing. De afgelopen periode zijn echter meerdere rechtbanken/hoven aan dit Procesreglement voorbijgegaan. Zo achtte onder meer het gerechtshof Den Haag een proceskostenveroordeling wel degelijk mogelijk. Het ging daar ook om een IE-zaak.

De Hoge Raad aan zet
De vraag is dus of het mogelijk is de eisende partij te veroordelen in de proceskosten van de gedaagde partij als de eisende partij een kort geding intrekt. Volgens de rechtbank Den Haag is het antwoord op deze vraag niet evident en bestaat er in de praktijk veel behoefte aan duidelijkheid. Daarom schakelt zij de Hoge Raad in. Onze inschatting is dat de Hoge Raad in bepaalde situaties een proceskostenveroordeling zal toestaan. Maar de Hoge Raad zal daarbij wellicht onderscheid maken tussen IE-zaken en niet IE-zaken. Over pakweg een half jaar kunnen we u hierover nader berichten.


Wilt u meer weten over de proceskostenvergoeding na intrekking van een kort geding? Dan kunt u contact opnemen met één van onze specialisten van de secties Aansprakelijkheid en Procespraktijk.

Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).