Download dit artikel als PDF 01 september 2015

Rechter: cessieverbod Menzis is onrechtmatig.

Zorgaanbieders zonder contract met een zorgverzekeraar maken in de praktijk al jarenlang gebruik van een zogenaamde akte van cessie. Daarmee draagt een patiënt zijn vordering op de zorgverzekeraar tot vergoeding van de verleende zorg over aan de zorgaanbieder. De zorgaanbieder kan daardoor rechtstreeks bij de zorgverzekeraar declareren. Menzis heeft een poging gedaan om aan deze praktijk een einde te maken door per 1 januari 2015 in haar algemene voorwaarden een verbod op een dergelijke cessie op te nemen. De rechtbank Gelderland heeft op 28 augustus 2015 in een kort geding geoordeeld dat dit cessieverbod onrechtmatig is.

Standpunten partijen
De zaak werd aangespannen door Momentum, een aanbieder van specialistische geestelijke gezondheidszorg (met name verslavingszorg). Momentum biedt deze zorg ook aan verzekerden van Menzis, maar Momentum heeft geen contract met Menzis. Dat betekent dat zij zonder ondertekening van een akte van cessie door de patiënt bij aanvang van een behandeling niet rechtstreeks bij Menzis kan declareren. Momentum stelt zich op het standpunt dat Menzis met de invoering van het cessieverbod slechts een nieuwe hindernis opwerpt om te voorkomen dat haar verzekerden zich wenden tot een niet-gecontracteerde zorgaanbieder. Momentum vraagt daarom in kort geding een verbod om ten opzichte van haar en haar patiënten een beroep te doen op het cessieverbod. Menzis stelt zich daarbij onder meer op het standpunt dat haar belang bij het cessieverbod is gelegen in het voorkomen van extra administratieve lasten. Die zouden bestaan uit het moeten controleren van cessieakten en het wijzigen van bankrekeningnummers.

Wat oordeelt de rechter?
De rechter stelt voorop dat het bij het cessieverbod gaat om een beding in de contractuele verhouding tussen Menzis en haar verzekerden. Echter, de belangen van Momentum zijn zodanig met die contractuele verhouding verbonden dat het Menzis niet zonder meer vrijstaat om de belangen van Momentum te verwaarlozen. Daarom komt de rechter vervolgens tot een belangenafweging. De rechter vindt dat Menzis de door haar gestelde administratieve lasten onvoldoende heeft geconcretiseerd en onderbouwd. Het cessieverbod brengt daarnaast wel substantieel nadeel toe aan de belangen van de patiënten en Momentum om declaraties rechtstreeks tussen Momentum en Menzis te laten verlopen. De rechter wijst ook op de opvallende timing van de invoering van het cessieverbod. Het verbod is immers ingevoerd nadat een poging van zorgverzekeraars, waaronder Menzis, om de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg fors te verlagen in rechte was gestrand op artikel 13 Zorgverzekeringswet. Zeker in het licht daarvan had van Menzis een concrete onderbouwing mogen worden verwacht van haar belang bij beperking van administratieve lasten.

Wat is het gevolg?
Menzis mag dus van de rechter het cessieverbod uit haar algemene voorwaarden niet tegenwerpen aan (patiënten van) Momentum. Het lijkt logisch dat ook andere niet-gecontracteerde zorgaanbieders een beroep op deze uitspraak kunnen doen. Vanwege deze consequentie valt te verwachten dat Menzis in hoger beroep zal gaan. Wellicht dat ook andere zorgverzekeraars zich dan in het geschil zullen mengen. Wij zullen u daarover op de hoogte houden.


Wilt u meer weten over deze uitspraak dan kunt u contact opnemen met mr. Boudewijn Cremers of met één van de andere leden van het Brancheteam Zorg.

Deze blog bevat algemene informatie en is met veel aandacht en zorgvuldigheid geschreven. Juridisch advies is echter altijd maatwerk. Wint u dus in een voorkomend geval altijd deskundig juridisch advies in. (Lees onze disclaimer).